bramen in je moestuin

bramen in je moestuin

Al dat zomerfruit. Het tuinMeisje kan er geen genoeg van krijgen. Ze heeft best veel fruit op haar kleine tuinoppervlak en er staat ook nog heel wat op het verlanglijstje, maar bramen staan daar niet bij. Ze heeft ze wel gehad en vond het geen succes. Het tuinMeisje was dan ook niet van plan over bramen te schrijven, maar het keukenMeisje had zo’n lekker recept dat ze overstag is gegaan.

Een braam is gewoon onkruid. Je hoeft er geen enkele moeite voor doen om er één te krijgen, maar er heel veel moeite voor doen om die ene te bestrijden.

In de achtertuinen in de straat van het Meisje regeert een doornloos type. Doornloze bramen schijnen minder smaak te hebben dan de soort met doornen, maar dat is bij dit type niet het geval. Deze is heel erg lekker. Maar hoe lekker bramen ook zijn, als je ze in je stadstuintje hebt dan wil je ze heel erg graag kwijt. Ze zijn veel te woest, worden veel te groot en al die slappe stengels slierten maar door je tuin.

Idealiter staat een braam dus in een pot òf in de tuin van de buurvrouw zoals dat bij het tuinMeisje het geval is. De bramen piepen tussen de schutting door. En dat is fijn. Wel de lusten, niet de lasten. Ok, dat is een beetje te kort door de bocht want de wortels van bramen hebben een reikwijdte van zo’n drie meter. Dat is dus de reden waarom ze bij het tuinMeisje op blijven komen.

Heb je wel ruimte dan hoef je er niet zoveel aan te onderhouden. De meeste bramen bloeien op oud hout, dus in het tweede jaar levert de tak bramen op. De takken die gebloeid hebben knip je in het najaar af. Daarna schieten de nieuwe scheuten al snel uit de grond. Deze stengels bind je aan een schutting of iets anders dat houvast biedt en in het voorjaar snoei je ze nog een beetje bij. Je kort elke zijtak in tot een centimeter of tien.

Zo kun je proberen je braam nog een beetje in toom te houden. Vanaf augustus is het snoepen geblazen. Je oogst de bramen door ze heel voorzichtig vast te houden en licht te trekken. Laten ze los dan zijn ze rijp. Laten ze niet los, dan zijn ze nog zuur en kun je ze beter laten zitten. Heb je verkeerd gegokt en zijn ze te rijp dan heb je rode vingers.

Bramen kun je niet bewaren, dus eet ze nu. Ze zijn wel goed in te vriezen. Zo heb je in een druilerige winter tenminste nog een beetje zomer op je bord. De buurvrouw dan.

 

pinterest

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *