nu zaaien voor je najaarsoogst
Het tuinMeisje heeft een eigen moestuin! Goed het is een klein stukje van een moestuin, maar dat mag de pret niet drukken. Het is een tuin. Een echte tuin.
In de praktijk kan moestuinieren nog wel eens tegenvallen. Zaaien, planten, schoffelen, enge beestjes bestrijden. Dat kost tijd en energie en soms heb je die even niet. Dat gold ook voor één van de moestuindames op het moestuincomplex waar het tuinMeisje al een paar jaar op de wachtlijst staat. Zo’n klein gezellig complexje met een paar tuintjes waar gemoedelijk keuvelende dames op blote voeten meditatief onkruid tussen de aardbeien uit trekken. Zo’n plekje waar de wereld mooi is en alles goed gaat. Nou ja, bijna dan. Het was voornoemde dame al een tijdje niet gelukt om tijd vrij te maken voor dit paradijsje op aarde en het onkruid was haar boven het hoofd gegroeid. Letterlijk.
In ruil voor het onkruidvrij maken van haar tuin mocht het tuinMeisje een deel van de tuin gebruiken. Dat was niet tegen dovemans oren gezegd. De volgende dag togen de man en het meisje naar de tuin. In de tijd dat het tuinMeisje met haar moestuin collega ideeën uitwisselde over het groen dat op dit moment nog gezaaid kon worden, was de man van de moestuin al halverwege. Met bossen tegelijk trok de man het onkruid met wortel en al uit de grond. Als een geciviliseerde versie van Rambo ging de man van de moestuin helemaal los. Na een paar uur resteerde slechts maagdelijke grond. Daarop kon gezaaid worden. Maar wat eigenlijk? Wat kun je nu nog zaaien voor je najaarsoogst?
Dat bleek heel erg mee te vallen. Het tuinMeisje zaaide snijbiet, Nieuw-Zeelandse spinazie en pluksla. Ook het zaad van rammenas kon nog de grond in.
In september kan ze nog meer zaaien. Dan gaat ze verder met sla, mosterd, radijs, amsoi, winterpostelein, raapstelen en rucola.
Maar daar is geen haast bij. Dat betekent dat er eerst een glaasje gedronken kan worden op de nieuwe moestuin. Proost.