wortelgroente oogsten

wortelgroente oogsten

Niets is zo spannend als wortelgroente oogsten. Tijdens het kweken zie je er niets van. Alles zit onder de grond. Boven de grond vormt zich een gezellig plukje groen, maar wat zich in het donker afspeelt? Je hebt geen idee. Ja, als het plukje groen verwelkt. Dan weet je dat er iets mis is gegaan.

Het Meisje had dit jaar de pech dat de veenmollen haar tuin hadden uitgezocht om gangen te graven en veel kinderen te krijgen. Dit gezin heeft ze om zeep geholpen nadat al haar wortelgroente doorgevreten was. Het Meisje is een grotere misdadiger dan ze van tevoren had ingeschat. Alles voor haar groente. Blijkbaar.

Geschrokken van haar onverwachte moordzucht wil ze voortaan het liefst haar wortelgroente in een glazen bak zonder aarde telen. Zo kan ze de controle houden. Zien wat er gebeurt. Dat is onmogelijk. Ze weet het. Ze heeft haar wortelgroente opnieuw gezaaid. Gewoon in de aarde.

Wortelgroente oogsten

Vorige week werd het tijd om de moestuin winterklaar te maken. Er werd vorst voorspeld. Het moment om wortelgroente te oogsten, want dit groen houdt niet van vorst. Het ging daadwerkelijk vriezen. Het werk van het tuinMeisje was niet voor niets geweest. Dat haat ze. De vorst duurde maar 2 nachten. Toch was dit genoeg geweest om de oogst te doen mislukken. Gelukkig was het tuinMeisje op tijd.

Van de bietjes had ze niet veel verwacht. Bietjes steken met hun bolle bovenkantje altijd net boven de grond uit. Het Meisje veronderstelde op basis van deze bolling dat ze de grootte van een pingpongballetje zouden hebben. Dat vermoeden klopte. Helaas. De tweede zaaibeurt was misschien te laat geweest. Binnensmonds vervloekte ze de veenmollen.

Op naar het volgende wortelgroen. De kastanjewortel. Dat was spannender. De helft van de wortels was in de zomer overweldigend gaan bloeien. Dan weet je al dat het met de wortels zelf niks wordt. Het Meisje had haar hoop dus gevestigd op de andere helft. Voorzichtig trekkend en wrikkend bleken er mooie wortels uit de grond te komen. Niet lang. Een centimeter of 10. Wel lekker dik. Een prima oogst dus.

Soms valt het tegen

Enthousiast begon het Meisje aan het volgende rijtje. De pastinaken. Deze kon ze eigenlijk laten zitten, pastinaken malen niet om een beetje vorst, maar ze was nu toch bezig. De pastinaken zagen er het hele seizoen al stevig uit. De veenmollen besloten om niet onder de pastinaak wonen, dus het donkergroene gebladerte bleef heerlijk fris. Het Meisje trok voorzichtig. Hm. Dat ging snel. Te snel. De pastinaak bleek een mooie dikke wortel van… 3 centimeter lang. Vervelend. Op naar de volgende. Deze bleek maar 2 centimeter te zijn. Haar ongenoegen groeide. De andere pastinaken? Niet veel beter. Ze werd nu toch een beetje sacherijnig.

De knolselderij dan. Het ongedierte had er 2 laten staan. De eerste bleek een beetje klein maar leek wel op een echte knolselderij. Dat was het belangrijkste. De tweede kreeg ze niet uit de grond. Een beetje harder trekken. Nee. Nog steeds niet. Hier moest een spitvork aan te pas komen. Ze woelde de grond voorzichtig los. Links van de knol. Rechts van de knol. Er gebeurde helemaal niets. Een schep dan? Zo liep ze het risico dat ze de knolselderij kapot zou steken, maar ze moest toch wat. Voorzichtig stak ze de spade in de grond. Het Meisje zette kracht en daar verscheen de knolselderij. Wat een wonderlijk ding. Dat kon toch geen knolselderij zijn? Wat het dan wel was? Dat lees je volgende week.

 

pinterest

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *